Nederlandse vereniging voor groepsdynamica en groepspsychotherapie
Home / Research groepstherapie / Evidence Based Groepstherapie / AIDE Acute Illness and Depression in Elderly Patients

AIDE Acute Illness and Depression in Elderly Patients

J. Hummel et al. (2016). AIDE Acute Illness and Depression in Elderly Patients. Cognitive Behavioral Group Psychotherapy in Geriatric Patients With Comorbid Depression: A Randomized, Controlled Trial.  JAMDA, 3, 1-9

Verslaggever: Walther van Lieshout

Samenvatting

Doel: de auteurs onderzoeken de effectiviteit van cognitieve groepsgedragstherapie bij gehospitaliseerde geriatrische patiënten met acute lichamelijke aandoeningen met co morbide depressieve klachten.

Onderzoeksdesign: een gerandomiseerd en gecontroleerd onderzoek met patiënten in de wachtrij als controlegroep.

Deelnemers: 155 patiënten met een gemiddelde leeftijd van 82 jaar (SD=6 jaar) die voor een acute aandoening met co morbide depressieve klachten zijn opgenomen in een ziekenhuis worden willekeurig toegewezen aan de interventie- of de controlegroep.

Interventie: 15-wekelijkse bijeenkomsten cognitieve groepsgedragstherapie. Deelnemers in de interventie groep startten aansluitend aan hun ontslag uit het ziekenhuis met deelname aan de groepsbijeenkomsten. Deelnemers in de controlegroep ontvingen na ontslag vier maanden de gebruikelijk zorg om daarna alsnog deel te nemen aan de cognitieve groepsgedragstherapie.

Meetinstrumenten: HADS. Secundair wordt gewerkt met functionele, cognitieve, psychosociale en lichamelijke status, veerkracht, zorgconsumptie en het aantal contacten met de arts. De eerste meting vindt plaats aansluitend aan het ontslag uit het ziekenhuis. In de interventiegroep vindt vervolgens de tweede en derde meting plaats op respectievelijk vier en twaalf maanden na beëindiging van de groepstherapie. In de controlegroep vindt meting twee en drie plaats op respectievelijk 4 en 12 maanden na ontslag uit het ziekenhuis.

Resultaten: In vergelijking tot de controlegroep kenmerken deelnemers aan de interventiegroep zich door een betekenisvolle afname van de depressieve klachten, verbetering van vrijwel alle secundaire uitkomstmaten (de functionele, cognitieve, psychosociale en lichamelijke status), afname van de zorgbehoefte en reductie van het contact met artsen. Bij de controlegroep bleek sprake van een andere situatie; er was geen of nauwelijks sprake van spontane remissie op de primaire en secundaire gezondheidsmaten, hoewel 70,7 percent van deze patiënten antidepressiva ontving. Verder werd bij de patiënten uit de controlegroep een trend geconstateerd in de richting van een hoger sterftecijfer en een grotere zorgbehoefte. 

Vier maanden na ontslag uit het ziekenhuis wordt de omvang van de depressieve klachten beïnvloed door leeftijd, ernst van de depressieve klachten, fragiliteit en de functionele en cognitieve status. Wel of niet deelnemen aan cognitieve groepsgedragstherapie had het sterkste invloed op afname van de ernst van de depressieve klachten. Patiënten met cognitieve beperkingen profiteren verhoudingsgewijs het minst van cognitieve groepsgedragstherapie

Wat betekent dit voor de groepstherapie en de NVGP?

Cognitieve groepsgedragstherapie blijkt een uiterst effectieve interventie voor oudere patiënten met acute aandoeningen en comorbide depressieve klachten. Vroegtijdige diagnostiek en snelle deelname aan groepspsychotherapie kan de zorg voor oudere patiënten met depressieve klachten verbeteren.

Relevantie voor richtlijnen voor depressieO O O O O
Relevantie voor onderzoekO O O O O
Relevantie voor groepsbehandelingO O O O O
Relevantie voor teamcoachingO O O O O
Relevantie voor groepsdynamicaopleidingO O O O O
Relevantie voor groepstherapieopleidingO O O O O
Relevantie voor KP opleiding/Psychiatrie opleidingO O O O O